Entartung
1976/84 (open)
Elektroinstrumentale muziek
Voor basklarinet, klankanalysator en delaymachine
Met de onderdelen Abart and Entart
‘Abart’ toont mijn reactie op natuurlijke klankprocessen, op een romantische harmonie. Deze momenteel modieuze, avant-gardistische interpretatie van historische herbezinning, de daaruit voortvloeiende muzikale vorm, de drang naar eenheid en welluidendheid, lijkt in het laatkapitalisme een oplossing te bieden voor ongelijke machtsverhoudingen en technologische synchronisatie. Maar deze denkwijze formuleert een leugen en een drogreden, omdat ze problemen kortzichtig en op de korte termijn lijkt op te lossen, maar sociale ontwikkelingen juist belemmert door ze te negeren en er niet constructief op te reageren. ‘Abart’ betekent het vastzetten van de natuurlijkheid van de mens. Uiteindelijk is het echter afwijkend en gedoemd tot verspilling, omdat het zich als oplossing voordoet.
‘Entart’, mijn handelen, formuleert muziek volgens functionele principes. Muziek die een functie vervult door sociale en daarmee culturele realiteiten te erkennen en te benutten, gebruikt tonaliteit en atonaliteit in gelijke mate als het de wet van de boventoonreeks definieert. Individualiteit is uitgesloten. De componist beschouwt alleen het logische proces. Logica moet daarom niet worden gezien in het spanningsveld tussen ratio en emotie, maar formuleert haar eigen esthetische ideeën. In een tijd waarin we op het punt staan de sprong te maken van een industriële naar een informatiemaatschappij, zou omgaan met de computer ook een vereiste in de muziek moeten zijn.
Na vele technische problemen, waaronder het uit het vliegtuig vallen van de computer in Tokio en verdere transportproblemen voor de première en tijdens de tournee, werd de uitvoering van Harry Sparnaay slechts gedeeltelijk gerealiseerd. Alleen ‘Abart’ kon doorgaan. Daarna werd ‘Entartung’ theoretisch verder ontwikkeld. Een nieuwe uitvoering vond niet plaats. Er bestaan slechts sporadische geluidsopnames van de repetities in Rotterdam.
“Als de grootste meesters van de muziek in de tonaliteit en vanuit het overduidelijk Germaanse element van de drieklank hebben gevoeld en geschapen, dan hebben wij het recht hen die deze klankprincipes overhoop willen gooien en door willekeurige klankcombinaties willen ‘verbeteren’ of uitbreiden – in werkelijkheid ontwaarden – als dilettanten en charlatans te bestempelen.”
(Staatsrat, Dr. Hans Severus Ziegler, Entartete Musik, eine Abrechnung, Düsseldorf, 1938)
Entartung 2
In de herfst van 1984 vond op uitnodiging van het Goethe-Institut de première van de compositie Entartung 1 plaats in Tokio en Seoul. Hoewel de Europese eerste uitvoering later in Boedapest een succes was, werd me duidelijk dat de compositie Entartung 1 weliswaar in de basisidee overtuigend was, maar de muzikale en technische uitwerking niet deugde. Technisch functioneerde het vertragingsapparaat niet goed, en de synchronisatie tussen de computer en de basklarinetist was niet gewaarborgd. De omzetting van de klankprogramma’s naar een muzikaal verantwoorde vorm had ik slechts fragmentarisch bereikt. Daarom ontstond in 1985 de compositie Entartung 2.
© Michael Fahres, augustus 2010
Partituur Entartung